Lviv en Krakau: oud-Habsburgse zustersteden

Eva van Santen (foto's Richard Schoots)

Wie eens van de gebaande paden wil afwijken en twee interessante en ongeschonden steden in Midden- en Oost-Europa wil bezoeken, moet beslist naar Lviv en Krakau gaan. Beide steden staan niet voor niets op de lijst van het werelderfgoed van de Unesco. Het is verstandig om een bezoek aan deze twee steden te combineren, aangezien ze historisch zeer verbonden zijn en maar 300 kilometer van elkaar af liggen. Een reisverslag.

spoorwegstation van Lviv

Voorgevel van het spoorwegstation van Lviv

centrale plein van Lviv

Het centrale plein van Lviv

Koepelkerk in Lviv

Koepelkerk in Lviv

centrale plein van Krakau

Het centrale plein van Krakau

Gallerij van het Waaggebouw

Gallerij van het Waaggebouw op het centrale plein van Krakau

De geschiedenis van Lviv en Krakau is gecompliceerd. Ze maakten sinds 1772 deel uit van het Habsburgse rijk, de Oostenrijks-Hongaarse dubbelmonarchie. Na afloop van de Eerste Wereldoorlog in 1918 lagen beide steden in het onafhankelijke Polen. In 1939 annexeerde de Sovjet-Unie Lviv voor twee jaar; Krakau werd in dat jaar door nazi-Duitsland bezet. In 1941 vielen de nazi’s ook Lviv binnen.

Na het einde van de Tweede Wereldoorlog werd Lviv onderdeel van de Sovjet-Unie en Krakau van Polen. Nu is Lviv een Oekraïense stad en Krakau natuurlijk nog steeds een Poolse.

De geschiedenis van de joden in beide steden komt grotendeels overeen. De nazi’s hebben de joodse bevolking in beide steden op de meest gruwelijke wijze uitgemoord, meestal in de steden zelf door middel van pogroms, maar ook in nabijgelegen concentratiekampen: Auschwitz bij Krakau en het vernietigingskamp Belzec bij Lviv.

Lviv
Lviv (Lvov in het Russisch, Lwów in het Pools en Lemberg in het Duits) is sinds 1944 een bijna volledig etnisch Oekraïense stad, want bijna alle joden waren toen vermoord en de Pools inwoners waren gedwongen naar Polen te emigreren. Dit was vóór 1939 heel anders. Toen was ongeveer de helft van de stadsbevolking Pools, 35 procent joods en 15 procent Oekraïens.

Vandaag de dag is er, met uitzondering van de reclames en winkels met westerse producten, nog niet veel van de westerse luxe te merken. De meeste mensen reizen met het openbaar vervoer in krakkemikkige trammetjes en oude stadsbussen. Buiten het kleine centrum is de stad oud en vervallen met veel klinkerwegen, overal gaten in het wegdek en slecht onderhouden huizen.

Het oude stadscentrum is de attractie van de stad. Het bestaat uit een mooi rechthoekig plein, dat wordt omringd door zestiende-eeuwse huizen in Renaissancestijl, met in het midden een mooi stadhuis met een hoge toren die je kunt beklimmen. Van bovenaf zie je pas hoe groot de stad is: er zijn ongeveer 800.000 inwoners. Het merendeel woont in de flatwijken om het oude centrum, die nog dateren uit de sovjettijd.

Rondom het centrale plein ligt een groot aantal kerken. Er zijn Russisch-orthodoxe kerken, maar er is ook een Grieks-orthodoxe kerk en er zijn, niet verwonderlijk, een aantal Rooms-katholieke kerken. Al die kerken worden druk bezocht. De meeste zijn van binnen en van buiten imponerend.

Van de vele synagogen uit het joodse verleden zijn er nog maar twee over, waarvan een in functie. Die staat in de Bratja Michnovskychstraat. De andere is in de Voegilnastraat en zou volgens het bordje dienst doen als een soort ontmoetingscentrum, maar dat is moeilijk te geloven gezien de verwaarloosde staat waarin het gebouw verkeert.

Verder is er een monument uit 1992 ter herinnering aan de slachtoffers van de Shoah. Het ligt niet ver van de laatste synagoge af, even voorbij de spoorwegbrug aan de rechterkant van de Prospekt Vjatsjeslava Tsjernovola. Op een plaquette staat dat er in Lviv 136.800 joden zijn vermoord.

Helaas hebben de Oekraïners nog niet veel belangstelling voor dit deel van hun geschiedenis, wat bijvoorbeeld blijkt uit de begeleidende tekst bij een toeristische plattegrond van de stad. In verband met de Tweede Wereldoorlog wordt alleen vermeld dat de stad door de nazi’s werd bezet. Geen woord over de Shoah. Het lot van de Polen die na 1944 de stad hebben moeten ontvluchten, wordt evenmin besproken.


Krakau
De algemene indruk die Krakau maakt is veel beter doordat deze stad welvarender en minder vervallen is. Het rechthoekige centrale plein van Krakau, de Rynok Glowny (Grote Markt) die in de dertiende eeuw is ontstaan, lijkt op dat van Lviv. Het is alleen veel groter en daardoor nog imposanter.

In het midden staat het stadhuis met een lakenhal en een bakstenen kerk met twee torens, waarvan men er een kan beklimmen. Op het plein staat ook een beeld van Adam Mickiewiecz, de negentiende-eeuwse Romantische dichter.

Het gebied rondom het centrale plein is ook heel mooi en interessant. Daar bevindt zich een prachtig oud universiteitsgebouw, het Collegium Maius, waar je een rondleiding kunt krijgen. Het is een van de oudste universiteiten van Europa, in 1364 gesticht. Ook het Collegium Novum is de moeite waard om van de buitenkant te bekijken. Ervoor staat een koperen beeld van de Poolse wiskundige Nicolaas Copernicus, die in de vijftiende eeuw in Krakau studeerde.

stadspoort van Krakau

Oude stadspoort van Krakau

In Krakau is veel meer belangstelling voor het joodse verleden. De joodse wijk is er zoveel mogelijk in ere hersteld en gereconstrueerd. Hier woonden voor de Tweede Wereldoorlog 80.000 joden, die evenals in Lviv, bijna alle vermoord zijn door de nazi’s. In deze wijk, Kazimierz geheten, is bovendien sinds 2004 het Galicische Joodse Museum met een indrukwekkende fotoreportage van wat er met de joden voor en in de Tweede Wereldoorlog is gebeurd. Verder zijn er nog een zevental synagogen, waarvan een aantal mooi gerestaureerd is, en twee oude joodse begraafplaatsen. De oudste is van voor 1800.

Sinds de film Schindler’s List (1993) is het ook interessant om de emaillefabriek van Schindler te bezoeken. Het is nu een modern museum dat niet meer zo oogt als de oude fabriek, maar in de omgeving liggen nog steeds fabrieken die er nog net zo uitzien als Schindlers fabriek in het verleden.

Krakau heeft evenals Lviv een groene zone rondom de oude stad. In Lviv zijn het meer plantsoenen met in het midden mooie promenades, terwijl het in Krakau kleine parken zijn. De stad herbergt talloze kerken en mooi gerestaureerde gebouwen in verschillende stijlen. Een bezoek aan het Wawelkasteel en de bijbehorende kathedraal is een goede afronding van een bezoek aan deze bijzondere en schilderachtige stad.

Over Krakau bestaan nu voldoende toeristische gidsen, maar over Lviv is bij ons nog niet veel te koop. Ter plekke wel, maar mijn grootste inspiratiebron voor Lviv was het voortreffelijke boekje van Jan Paul Hinrichs, Lemberg-Lwów-Lviv, uitgegeven door Bas Lubberhuizen. Aan de hand van een tiental schrijvers, onder wie Joseph Roth, die allen op de een of andere wijze iets met Lviv te maken hebben gehad, vertelt Hinrichs ons op zeer onderhoudende en historisch verantwoorde wijze hoe het de stad Lviv in de twintigste eeuw is vergaan.

Hij noemt Lviv ‘een fatale stad met een veelbewogen geschiedenis’. Datzelfde kan volgens mij ook van Krakau gezegd worden, aangezien, zoals Hinrichs schrijft, beide steden door hun geografische ligging en etnische samenstelling vrijwel alle fatale schokken hebben opgevangen die we nu als de hoofdmomenten van de geschiedenis van de vorige eeuw beschouwen.

Om het mooiste voor het laatst te bewaren is het aan te bevelen om de reis in Lviv te starten. Het is een hele belevenis om dan per trein van Lviv naar Krakau te reizen, niet alleen omdat de trein met een slakkengangetje rijdt, maar ook omdat bij de grens tussen Oekraïne en Polen het onderstel van de trein moet worden vervangen in verband met het smallere spoor in Europa.

gereconstrueerde joodse winkeltjes in Krakaujoods kerkhof in Krakau

Krakau: gereconstrueerde joodse winkeltjes in oude joodse wijk (Kazimierz) en joods kerkhof van vóór 1800