Baden in Baikal

door Charles Hoedt

Siberische volkeren noemden het Baikalmeer hun Heilige Zee. Het oudste meer ter wereld is voor de reiziger van de Transsiberië Expres vaak het belangrijkste reisdoel. Hier geniet de bezoeker van ongerepte natuur, lange wandeltochten en de onvermijdelijke banja.

Een anekdote over het Baikalmeer luidt: wie zijn handen met het water wast, blijft vijf jaar langer leven. Wie het water op het hoofd laat plenzen, kan erop rekenen tien jaar ouder te worden. Maar de persoon die met heel z'n hebben en houwen in het meer springt, krijgt er een kwart eeuw bij.

Het water van Baikal is koud! Zo koud, dat wil je niet weten. Alleen een Rus kan langer dan een kwartier in het meer zwemmen en is daar ook gek genoeg voor. Toeristen druipen over het algemeen na vijf minuten bibberend af naar de kant. Ze wagen pas een nieuwe poging na een uurtje zonnen op de stenen kiezels langs het meer. Lang duurt de duik in het Baikal nooit. De temperatuur van het water ligt tussen de vier en vijftien graden.

Een gids van het Limnologisch Museum in het dorpje Listvjanka vertelt over een Amerikaanse sportster die probeerde het meer over te zwemmen. De poging lukte, maar de zwemster overleed korte tijd later. Haar lichaam was te lang blootgesteld aan het koude water. 'Ze had een speciaal warmtepak aan, maar dat was niet genoeg.' Je ziet de gids denken: die Amerikanen moeten niet denken dat ze álles kunnen.

In het museum is een permanente tentoonstelling te zien over de geschiedenis van het meer. Niet ver hiervandaan slaap ik in een klein houten hotel, aan de westelijke oevers van het meer. Het hotel is tevens hoofdkwartier van het Pribajkalski Nationale Park, dat een natuurgebied van 453 hectare beheert. De tweepersoonskamer kost twintig gulden. Aan vergelijkend warenonderzoek doen ze in Listvjanka blijkbaar niet, want bij een hotel verderop in het dorp kost een kamer tien keer zoveel.

Mijn hotel heeft een houten banja waarin de eigenares voor 140 roebel (ongeveer 14 gulden) het vuur lekker opstookt tot de temperatuur er tot boven de honderd graden stijgt. Een kwartier lig ik te zweten in deze Russische sauna. Daarna ren ik naar buiten, steek de autoweg over, wandel de houten trap af naar het smalle strand en laat me vallen in het water van Baikal. Zo voelt het water nog kouder aan dan het al is. De plotselinge verkoeling doet het lichaam aan alle kanten tintelen. Snel ren ik weer terug naar de snikhete banja aan de overkant. De hoteleigenaresse is tevreden dat we een Siberische traditie hebben ondergaan. Zonder banja ben je niet bij het Baikalmeer geweest.

Het Baikalmeer is het diepste en oudste zoetwatermeer ter wereld. Wetenschappers schatten de leeftijd van Baikal op 25 miljoen jaar oud. Andere meren op aarde bestaan niet langer dan 20.000 jaar. De oppervlakte van het Baikalmeer is met 31.500 vierkante kilometer groter dan België. Alleen het Tanganjikameer in Oost-Afrika is groter (32.880 vierkante kilometer). De diepte van Baikal is 1.637 meter, dat van Tanganjika is 1.436 meter.

Het Baikalmeer wordt geroemd om zijn zuiverheid. Je kunt tot maximaal veertig meter diep door het water heen kijken. Het water is te drinken zonder dat er een zuiveringsinstallatie voor nodig is - uniek voor in Rusland. Een fabriek pompt het water van 400 meter naar boven pompen om het daarna in flessen te verkopen.

Elke nieuwe dag heeft het meer een andere aanblik. Het blijft verrassen bij elke nieuwe wandeling. Dan weer lijkt het water een roze gloed over zich heen te hebben in de verte. Dan weer is het meer bedekt met een deken van vriendelijk zacht blauw satijn. Bij een onbewolkte hemel kun je de toppen zien van de Baikalbergen aan de overkant.

'In de winter moet je oppassen voor de beren als je gaat wandelen in de bergen', zegt een Oezbeekse gastarbeider die we onderweg tegenkomen. Hij bouwt in de zomer nieuwe huizen voor bewoners uit Listvjanka. Vele Oezbeken doen dat hier. 'Russen betalen een beter salaris dan bij ons.'

In de bergen rond het meer zien we geen beren, maar Japanse graven. Siberië telde eind 1945 ruim een half miljoen Japanse krijgsgevangenen van wie 10% in werkkampen is omgekomen. Rond het Baikalmeer werd een aantal van hen te werk gesteld in de houtindustrie. Pas het laatste decennium mogen nabestaanden in Japan hun omgekomen familieleden hier de laatste eer bewijzen.

Wie overigens echt geïnteresseerd is in het maken van wandelingen kan een 2.000 kilometer lange tocht maken om het meer. Het is de grootste wandelroute die er bestaat in Euro-Azië, die afgelopen augustus officieel werd geopend tijdens de eerste Dag van het Baikal. Milieuorganisaties hopen met de route meer eco-toeristen naar Siberië te trekken. Het Baikalmeer heeft een bijzondere flora en fauna. Er leven meer dan 2.500 dier- en plantsoorten. Ruim 80% is endemisch: nergens anders ter wereld komen deze soorten voor.

Beroemd is de Nerpa, de zoetwaterzeehond van Baikal, waarvan er ongeveer honderdduizend leven. Voor biologen is het een raadsel hoe de zoogdieren in Siberië zijn gekomen. Waarschijnlijk zijn ze via de rivieren uit het noorden gekomen. De huiden van de zeehonden zijn voor de plaatselijke bevolking in het noorden nog een betaalmiddel. Vijftig huiden voor een motorfiets.

In de winter is het mogelijk dwars door het ijs te kijken naar de niet bevroren onderwaterwereld. Toen er om de zuidkant van het meer nog geen spoor was aangelegd, legden de Russen op het bevroren meer de bielsen voor de Transsiberië Expres. Tijdens de Tweede Wereld Oorlog vervoerden de bolsjewieken zo Amerikaanse gevechtsvliegtuigen naar het Oostfront.

De treinreis van Irkoetsk om het Baikalmeer naar Oelan Oede is van een fabelachtige, niet te beschrijven schoonheid. Probeer de ochtend- of de middagtrein te nemen, niet de nachttrein. De Siberië Expres raast door tientallen tunnels, over bergtoppen en bruggen. Op gegeven moment kijk je vanuit de treincoupé recht op het Baikalmeer. Een uitzicht dat zeker een uur duurt. Tweeëntwintigduizend kubieke kilometer zoetwater, zegt mijn reisboek. Dat is 22% van de totale zoetwatervoorraad op aarde en maar liefst 80% van die in Rusland.

Onderweg stopt de trein vijftien minuten in het dorpje Sljoedjanka. Het kwartier is precies genoeg om bij baboesjka's een versgerookte Omulvis te kopen voor de lunch. Nergens dan rond het Baikal krijg je de kans de vers gevangen vis te eten. Omul zwemt alleen in het Baikalmeer.

Oelan Oede, een industriestad ten zuid-oosten van het meer met 300.000 inwoners, stelt na een bezoek aan het Baikal een beetje teleur. Er is Japans ballet in het plaatselijke theater. Een kolossaal hoofd van Lenin kijkt in het centrum op ons neer. Na twee dagen hebben we het gezien en pakken we de trein terug naar het Baikalmeer.

Omhoog
Terug naar archief