De top die geen top werd

René Does

Afgelopen vrijdag zal er in het Kremlin in Moskou waarschijnlijk een vrolijke vrijdagmiddagborrel zijn geweest. Want een dag eerder, op donderdag 21 november, had de Oekraïense premier Nikolaj Azarov bekend gemaakt dat zijn land de onderhandelingen met de Europese Unie over de ondertekening van een Associatieverdrag had stopgezet. ZoŽn verdrag had getekend moeten worden tijdens de EU-top over het Eastern Partnership van 28 en 29 november in de Litouwse hoofdstad Vilnius.

Met de verklaring van Azarov kwam er een voorlopig einde aan maandenlange speculaties en machtsstrijd over de geopolitieke toekomst van Oekraïne. De EU-top, die een historische belangrijke gebeurtenis in Europa had kunnen worden, ging vóór aanvang uit als een nachtkaars.

Voor versterking van de banden met de voormalige sovjetrepublieken in Oost-Europa (Oekraïne, Wit-Rusland en Moldavië) en de Zuid-Kaukasus (Azerbeidzjan, Georgië en Armenië) lanceerde de Europese Unie in mei 2009 het programma Eastern Partnership. Als vervolg op dit programma zou er in Vilnius met vier landen een Associatieverdrag getekend moeten worden als eerste stap op de lange weg naar volwaardig EU-lidmaatschap: Oekraïne, Georgië, Armenië en Moldavië.

Na de eerdere uitbreidingsrondes van de Europese Unie had de top in Vilnius een volgende belangrijke stap moeten worden in de ontmanteling van de Russische invloed over zijn voormalige sovjetrepublieken en satellietstaten in Oost-Europa en de opbouw van volwaardige markteconomieën en democratieën in de regio.

De ondertekening van de nieuwe Associatieverdragen in Vilnius leek lange tijd een gelopen race. Maar in de loop van 2013 kwam er steeds meer tegendruk van Rusland, dat het gebied van de voormalige sovjetrepublieken als zijn natuurlijke en historisch rechtmatige invloedssfeer ziet. Als alternatief voor het EU-lidmaatschap biedt Rusland lidmaatschap aan van de Douaneunie (TS), die de voorloper moet worden van een volwaardige Euraziatische Unie op het grondgebied van de voormalige Sovjet-Unie. Momenteel zijn Rusland, Wit-Rusland en Kazachstan lid van de TS.

Azarov schudt handen met Medvedev

Azarov ontmoet premier Medvedev op 20 november 2013 in Rusland. Foto: www.kmu.gov.ua.

Aanvankelijk bepleitte de Oekraïense president Viktor Janoekovitsj een Žderde wegŽ waarin Oekraïne hechtere betrekkingen met zowel de EU als de TS zou aanknopen. Maar zijn land werd gedwongen een keuze te maken. Zo stelde de Russische premier Dmitri Medvedev dat Oekraïne Žniet op twee stoelen tegelijk kon zittenŽ.

Op 3 september haakte Armenië al af. Op 21 november volgde Oekraïne. De tegendruk die Rusland ontwikkelde heeft dus succes gehad. Zo voerde Rusland een handelsoorlog met Oekraïne en zei het 882 miljoen dollar aan achterstallige betalingen voor aardgas in augustus betaald te willen zien.

In oktober voerde de Russische president Poetin in drie ontmoetingen met Janoekovitsj de druk verder op. Rusland beargumenteerde zijn houding met de stelling dat door ondertekening van een Associatieverdrag met Oekraïne, waarvan een vrijhandelsverdrag de kern vormt, de Russische markt via Oekraïne bedreigd zou worden door import van Europese goederen.

Verder waren er in Oekraïne zelf groeiende twijfels over nauwere banden met de EU via een Associatieverdrag. Zo wilden Janoekovitsj en zijn Partij van de RegioŽs niet ingaan op de Europese eis om de veroordeelde ex-premier Joelia Timosjenko vrij te laten, ook niet voor medische behandeling in Duitsland.

Verder vroeg men zich af of Europa wel op Oekraïne zit te wachten: met name in West-Europa bestaat er veel scepsis over en weerstand tegen verdere uitbreiding van de Europese Unie. En premier Azarov stelde de laatste weken dat aanpassing van de Oekraïense economie aan de Europese standaarden 160 miljard dollar zou gaan kosten.

Overigens verklaarde Azarov ook dat het afbreken van de onderhandelingen geen einde betekende aan de verdere Europese integratie van Oekraïne, maar slechts Žeen pauzeŽ. Het besluit betekent ook niet automatisch dat Oekraïne lid zal worden van de TS, want daar lijkt nog veel minder animo voor te zijn, zowel onder de machthebbers als onder de bevolking. Rusland heeft dus wel een belangrijke slag gewonnen, maar de strijd nog lang niet.

De Europese Unie heeft al aangeboden de ondertekening van een Associatieverdrag te verschuiven naar een bilaterale EU-Oekraïnetop in het vroege voorjaar van 2014. Oekraïne zelf zal zoŽn besluit over de presidentsverkiezingen van begin 2015 heen willen tillen. Misschien wel de belangrijkste reden voor het afbreken van de onderhandelingen is dat Janoekovitsj zijn kansen op herverkiezing in 2015 niet wil laten bederven door de politieke (vrijlating Timosjenko) en economische gevolgen (diepere crisis) van de ondertekening van een Associatieverdrag.