Zelfmoord in Rusland: voorkeur voor ophanging*

Jan Limbeek

Een van de redenen dat de pensioenleeftijd in Rusland wordt verhoogd met vijf jaar in een periode van tien jaar is de sterke stijging van de gemiddelde sterfteleeftijd. Russen worden steeds ouder, een proces dat naar verwachting nog vele jaren doorgaat. Over de gehele linie neemt de sterfte af. Ook het aantal Russen dat eigenhandig een einde aan het leven maakt, neemt ieder jaar af. Maar een deel van de afname van het zelfmoordcijfer bestaat slechts op papier.

Grafiek met zelfmoordcijfers van mannen en vrouwen in de periode 1956 tot en met 2017

Opm. Exclusief de Krim. Bron: Demoscop.

Wereldwijd doden mannen zichzelf veel vaker dan vrouwen. In Rusland is dit verschil nog wat groter. In 2017 stierven 20.278 Russen door zelfmoord, van wie 16.830 mannen en 3.448 vrouwen. Russische mannen plegen dus zes keer vaker zelfmoord dan hun vrouwelijke landgenoten.

Het aandeel mannelijke zelfdoders is in de loop der tijd nog toegenomen. In de hele periode 1956-2017 was het mannelijke aandeel 80,4 procent. In 2017 was dit 83 procent. In de EU15 (dus vóór de uitbreidingen) beëindigden tussen de drie à vier keer meer mannen dan vrouwen hun leven.

Sinds het begin van deze eeuw is de sterfte in Rusland vanwege zelfmoord ieder jaar afgenomen, zowel bij vrouwen als bij mannen. Sinds 2012 is de incidentie van zelfmoord onder vrouwen gedaald onder het laagste niveau van de gehele voorafgaande periode. Bij mannen werd het laagste niveau bereikt in 2017.

Figuur met Europese zelfmoordcijfers per land in 2015 van hoog naar laag

Aantal zelfmoorden per 100.000 inwoners in 34 Europese landen in 2015. Bron: Demoscop.

In Nederland is het zelfmoordcijfer juist behoorlijk gestegen. In 2007 waren er 1.353 gevallen en in 2016 1.894. Dat is 11,05 per 100.000 Nederlanders.

Ondanks het flink gedaalde zelfmoordcijfer blijft Rusland wereldwijd op een gemiddeld niveau zitten van tussen de 10 en 20 zelfmoorden per 100.000 inwoners. Vergeleken met Europa heeft Rusland nog steeds een hoog zelfmoordcijfer. Slechts 5 van de 34 gemeten Europese landen (inclusief Turkije, Israel en negen landen die deel uitmaakten van de Sovjet-Unie) hebben een hoger zelfmoordcijfer.

Van het totale sterftecijfer in Rusland in 2017 kwam 1,3 procent door zelfmoord. De meeste gevallen van zelfmoord vinden plaats in de officiële arbeidsleeftijd.

In 2017 was 22,8 procent van de mannelijke zelfdoders jonger dan 15 of ouder dan 59 jaar. Vrouwen buiten de arbeidsleeftijd (jonger dan 15 en ouder dan 54 jaar) maakten vaker een eind aan hun leven: 48,5 procent. Zie ook: 'Tienerzelfmoorden in Rusland'.

Op het Russische platteland komt zelfmoord twee keer zo vaak voor dan in de stad, vooral bij mannen. In 2017 pleegden 37,63 mannen per 100.000 plattelandsbewoners zelfmoord. Onder mannelijke stedelingen was dit de helft: 18,57 per 100.000. Bij vrouwelijke zelfmoordenaars waren de cijfers respectievelijk 5,95 en 3,13 per 100.000.

In de periode 2006-2015 vonden de meeste zelfmoorden plaats gedurende mei-juli; de minste zelfmoorden waren zichtbaar in december en februari.

Onderrapportage
Niet alleen bestaan er grote verschillen in incidentie van zelfmoord in Rusland tussen man en vrouw of tussen stad en platteland, maar ook tussen regio's onderling. In 19 regio's kwam zelfmoord vaak voor, in 36 regio's gemiddeld en in 27 regio's weinig. Deze verschillen hangen ook samen met onderrapportage van zelfmoordgevallen.

Een deel van het aantal zelfmoorden wordt geclassificeerd als 'een verwonding met een niet-vastgestelde intentie'.# Simpel gesteld: een onbekende doodsoorzaak. De befaamde demograaf Jevgeni Andrejev heeft berekend dat in de periode 2000-2011 13 procent van de zelfmoorden zo werd geclassificeerd. In 2011 was volgens Andrejev het aantal zelfmoorden 24 procent hoger dan het officiële cijfer.

In de Russische statistiek is ophanging verreweg de meest gebruikte zelfmoordmethode. In de periode 2002-12 ging 84,3 procent van de zelfmoorden op die manier. Op grote afstand volgt daarna zelfmoord met gebruikmaking van vergiftiging (4,6 procent), een vuurwapen (4,0), scherp voorwerp (2,9), een sprong (2,0) en andere methoden (2,2).

Grafiek met 2 lijnen van zelfmoordcijfers in geheel Rusland en in Astrachan in de periode 1989 tot en met 2017

Bron: Demoscop.

Een van de redenen waarom ophanging zo'n hoog aandeel in de Russische zelfmoorden vormt zou kunnen zijn dat iemand die zich verhangen heeft niet eenvoudig te classificeren valt als een ongelukje. Bij een overdosis of een vuurwapen is dit veel makkelijker.

In sommige streken in Rusland is de afname van het aantal zelfmoorden zo groot - bij een gelijktijdige toename van de categorie 'onbekend' - dat de onbetrouwbaarheid van de afname heel duidelijk is. De Zuid-Russische provincie Astrachan (ten noorden van de Kaspische zee) vormt hiervan het beste voorbeeld.

In de periode 1989-2011 was Astrachan een provincie met een hoog percentage zelfmoorden. Maar in 2012 en 2013 daalde het percentage zelfmoorden op papier met respectievelijk 70 en 80 procent, ten bate van de categorie onbekend. Astrachan is nu een provincie met een laag zelfmoordcijfer.

Zo'n scherpe daling was ook zichtbaar in de Russische republieken Toeva en Tsjoevasjië, de provincie Koersk en het gewest Chabarovsk. De schijndalingen in deze gebieden - en mogelijk ook elders - vormen een deel van de verklaring van de nationale afname van het aantal Russische zelfmoorden.

Onderrapportage vindt niet alleen plaats in Rusland, maar ook in andere landen. Met name in landen, en gebieden binnen landen, waar het taboe op zelfmoord groot is, neigt men ernaar zelfmoord anders te classificeren. Het bestaan van onderrapportage van het aantal zelfmoordgevallen is dus niet zo vreemd. Maar de reden van de toename van de onderrapportage in Rusland is niet duidelijk.

* De cijfers in dit artikel zijn afkomstig van 'Samoöebijstva v Rossii: 15 faktov' uit het tweewekelijkse tijdschrift Demoscop (24 september-7 oktober 2018), een uitgave van het instituut voor demografie, verbonden aan de gerenommeerde economische hogeschool.
# De officiële term luidt: gebeurtenis waarvan niet duidelijk is of deze accidenteel of opzettelijk is ontstaan. Rubriek Y10-Y34 van de ICD-10: Internationale statistische classificatie van ziekten en met gezondheid verbandhoudende problemen - Tiende Revisie. Versie 2014, hoofdstuk XX.